Autoruiten krabben, de do's and don'ts

06-12-2023

Autoruiten krabben, de do's and don'ts

Door: Rachid

De wintermaanden staan voor de deur. Dat betekent in Nederland vooral veel nattigheid en bladeren op de weg en de laatste jaren amper sneeuw en ijs. Dat wil niet zeggen dat het niet voorkomt. De eerste autoruiten hebben onze collega's (oosten hè) al moeten krabben. Niet jouw leukste bezigheid, we snappen helemaal dat je daar ook geen zin in hebt, maar krabben moet je. Maar hoe doe je dit nu? Wat is de meest effectieve manier en wat zijn nu de do's and don'ts?

Belangrijk is om je ruiten altijd goed schoon te hebben. Dat geldt voor de winter, maar ook in de zomer met een felle zon. Dat scheelt al aanzienlijk veel ellende!

Een rondgang in ons team laat al wat ‘technieken’ zien. De één wat beter voor de ramen dan de ander. 

1. Krabben met een krabber

2. Met de pinpas krabben

3. Antivries deken

4. Met de ruitenvloeistof

5. Ontdooispray

6. Warm water

7. In de zon parkeren

8. Onder de carport/ in de garage

We zetten graag wat do’s and dont’s voor je op een rij. Laat die winter maar komen, helemaal als je ook bedenkt dat je veilig op pad kunt nu je de banden gewisseld hebt!

1. Met de krabber

Ja, het is wat werk, maar dit is toch de meest effectieve en veilige manier om uw autoruiten te ontdoen van ijs. Gebruik hiervoor een ‘officiële’ krabber en het liefste een die niet te veel kartels heeft, maar wel de groeven die het ijs goed afvoeren.

Bovendien hoef je echt geen koude handen te krijgen als je een krabber met handschoen neemt. Wie slim is, doet er nog een eigen dunne handschoen in en op die manier hoef je het echt niet koud te krijgen. Start aan een kant van de auto en ga rustig rond. Houd er rekening mee dat je zo vijf tot 10 minuten nodig hebt voor het krabben.  

En als je nu denkt dat het nuttig is om de motor alvast ‘warm te draaien’, dan kun je dat laten. Een auto wordt amper tot niet warm als deze stilstaat en dit is vooral belastend voor het milieu. Gewoon krabben dan maar. Heb je direct je beweging te pakken. 

2. Met de pinpas

Tja, vroeger (voel je je al oud?! 😉) kon je nog een CD-hoesje pakken en daarmee een poging doen. Tegenwoordig pakken autogebruikers een creditcard of pinpas. En nee, dat klinkt net zo onverstandig als het is. Net als dat CD-hoesje trouwens.
Met een pas (welke je ook gebruikt) heb je een grote kans op krassen en beschadigingen van de ruiten. Ontzettend zonde als je een groot gedeelte van je ruit ijsvrij hebt tegen de prijs dat je nu vele beschadigingen hebt.

3. Antivries deken

Klem een deken tussen de portieren en je hebt je eigen antivries deken gemaakt. Nog beter is het als je daadwerkelijk een antivries deken maakt. Deze is namelijk - in tegenstelling tot een gewone deken - waterafstotend. Een gewone deken kan door de luchtvochtigheid nat worden en daarmee vastvriezen.

Met een antivries deken voorkom je dat. Niet iedereen vindt het even prettig om iets tussen de portieren te klemmen om bevriezing te voorkomen. Maar het werkt wel!

4. Met de ruitenvloeistof

In de winter vul je je ruitenvloeistof aan met zwaarder geschut. In plaats van vloeistof tot -5 ga je nu voor die tot -10, -18 of zelfs tot -50. Dit betekent dat als je onder koude omstandigheden je ruiten schoon wilt maken, dit zonder bevriezing kan.

5. Ontdooispray

Ook steeds meer gebruikt en sommige collega’s hier op de vloer, die zweren erbij. De ontdooispray is bij veel winkels verkrijgbaar en zorgt ervoor dat je niet meer hoeft te krabben. Je sprayt de vloeistof op de ruiten en wacht even. Je ziet het ijs als sneeuw voor de zon verdwijnen.

Nadeel aan deze methode? De spray is een best chemische vloeistof van propaan, methaan en butanon (in de meeste) die ervoor zorgt dat je rubbers rondom de ruiten uitdrogen. Daarnaast kun je je waarschijnlijk wel voorstellen dat een dergelijk mengsel niet heel milieuvriendelijk is.

6. Warm/ lauw water

Dan maar geen ontdooispray dus en het alternatief dat veel autogebruikers gebruiken, namelijk lauwwarm water. Sommige mensen stoppen het in een zakje en ontdooien op die manier de ruiten. Anderen sprayen het erop of gebruiken een fles en gieten het op de ruiten.

Het is een effectieve methode, maar ook met een ‘gevaar’. Het grote temperatuurverschil tussen het warme water en de bevroren ruit is groot. Dat kan grote gevolgen hebben voor ruiten. Een klein sterretje in de ruit kan op die manier direct doorscheuren. De ruit kan zelfs knappen door het grote temperatuurverschil. Daarom raden we deze methode niet aan.

Maar wat als het ijs er al op zit? In theorie zou het moeten ontdooien. In theorie. Want het gebruiken van de ruitenvloeistof raden we echt af! Je ruitenwissers zitten waarschijnlijk aan de ruit gevroren. Aanzetten om gebruik te maken van de vloeistof, betekent dat je de ruitenwissers van de ruit trekt. Ten koste van de rubbers. Daarnaast zul je merken dat het werkt als je ruiten niet bevroren zijn om ze schoon te maken, maar niet als ze wel bevroren zijn.

7. In de zon parkeren

Tja, een hele goede optie natuurlijk. Zelfs in de winter heeft de zon nog best wat verwarmende kracht. Maar dan moet die wel schijnen en daar ontbreekt het wel eens aan als je het over de Nederlandse winters hebt. Daarnaast heeft niet iedereen de luxe dat de auto standaard in de zon geparkeerd kan worden en als je heel vroeg op moet, dan schijnt de zon toch echt nog niet.

Een prima zet om de auto lekker in de zon te plaatsen, maar het is wat lastig te garanderen dat het ook daadwerkelijk werkt.

8. Onder de carport/ in de garage

Heb je de luxe dat je een carport of garage hebt? Zet je auto er dan zeker in of zo ver mogelijk onder! Met een carport parkeer je de auto dicht tegen een muur of deur aan. Op die manier verminder je de kans dat de autoruiten bevriezen en je dus moet krabben.

In een garage staat de auto zeker weten veilig en bevriezen de ramen niet. Dat scheelt je dus erg veel krabben en frustratie.

Autoruiten krabben, de do's and don'ts

Zoals je hebt kunnen lezen zijn er best wat do’s and don’ts met betrekking tot het krabben van autoruiten. De een wat beter en effectiever en dus een do, de ander wat meer een don’t. Laat die winter maar komen, vind je ook niet. 

Heb jij nog do’s of don’ts die je gebruikt?!